Eenzaam

Om half 9 kom ik bibberend aan bij de tent. Er staan 10 bankjes kris kras door elkaar die reeds volgepakt zijn met nog meer bibberende en door skibrillen en bivakmutsen onherkenbare rijders. Is er nog plek voor mij? Ik pers me ergens tussen om mijn schaatsen onder te binden en maak me verder gereed voor de start.

Reeds 5 minuten voor het vertrek sta ik op de tweede rij voor het lint. Mooi vooraan. Dat is goed voor het verloop van het begin van de wedstrijd. Naast mij staan twee mannen van De Hypotheker, achter me wat van BAM en Bonduelle. Voor mij staan nog wat dames. Er komen steeds meer mannen naast me staan. Ik kijk om me heen. Wat een grote namen allemaal! Daar sta ik nu tussen! Ik sta daar met gemengde gevoelens: het is leuk dat ik ertussen sta, maar ik voel me ook erg klein. Ik tuur naar mijn voeten die pal naast de voeten van andere rijders staan. Hoe kom ik hier weg? Mijn start is nooit goed. Het kan niet anders zijn dat ik omver wordt gehakt door de ijzers die op millimeters van mij afstaan. Maar het gaat goed. Ik word niet omver gehakt en ik zit nog behoorlijk in het midden als we naar de Dolomietenblick vertrekken. Het tempo is oké en ik probeer naast de scheuren ook nog wat van de mensen om me heen te zien. Ik vind het wel een gezellige boel. Achter me hoor ik iemand fluiten. Die heeft duidelijk nog niet nagedacht over wat hem nog te wachten staat. Twee andere heren vragen aan elkaar of ze er zin in hebben. Het antwoord daarop luidt: “Een klein beetje.”. Ik probeer ook nog niet na te denken over wat er nog komt. Nu zit ik nog gezellig tussen de mannen, maar voor hoelang? Verder dan één ronde tussen dit grote geweld ben ik nog nooit gekomen. Eén ronde over 25 km. Eén van de acht. Tweehonderd kilometer. Tweehonderd kilometer. Hoe vaker je het herhaalt, hoe verder het wordt. Ik denk er nog niet over na, zit nog gezellig tussen de mannen. Twee ronden houd ik het vol, daarna gaat het me veel te hard. Vanaf de Dolomietenblick 10 kilometer aan het elastiek en voor mij vollebak. Wat een drama! En dan nog meer dan 150 kilometer te gaan! Vlak voor de bevoorrading dichtbij de finish moet ik de mannen (en een restant vrouwen) laten gaan. Ik baal en mij staat een eenzame rit te wachten. Na een tour over het kleine meer vind ik aansluiting bij twee andere slachtoffers. We rijden met z’n 3-en verder en overleggen wat de plannen voor de dag zijn. Eén wil alleen maar verder rijden dan het jaar ervoor en dat betekent dat deze ronde afmaken voldoende is. De andere is niet fit en zal ook stoppen bij de finish. En ik dan? Moet ik dan zielsalleen alles afmaken? Maar eerst deze ronde nog. We rijden naar achteren, naar Dolomietenblick. Helemaal alleen met z’n 3-en. Er is nauwelijks een tourrijder te bekennen en er zijn geen andere achterblijvers. Bij het hutje achterop staat maar één toeschouwer. Wat een onwaarschijnlijke eenzaamheid. Je ziet niets en er is niets en je hoort ook niets. Ik vind het er stom en ik wil daar absoluut niet nog in mijn eentje rondrijden. Straks komt er een moordenaar of een krijger of een indiaan die me meeneemt de bergen in! Het zou niemand zijn opgevallen!
Bij het passeren van de finish stap ik uit. Mijn lijf is waardeloos, mijn geest ook. Maar in ieder geval ben ik veilig teruggekomen, zonder kleerscheuren, zonder valpartijen, blessures of overvallen.

Aan het eind van de dag sprak ik speaker Jannes. We spraken over de gezelligheid aan de kant van de baan, waarop ik mij beklaagde over de sfeer achterop. Dat het daar zo vreselijk eenzaam was en dat ik niet één, maar minstens 15 mensen ter aanmoediging wilde zien. Jannes keek mij aan en opperde dat ze dan volgend jaar maar pendelbusjes met supporters zouden moeten laten rijden. Dat vond ik een goed idee! Dan zijn we niet meer zo vreselijke eenzaam en alleen aan stille achterkant van het meer en hoef ik niet meer te vrezen voor krijgers en moordenaars en indianen…



Esther Hilberink

Esther Hilberink is landelijk marathonschaatsster bij de formatie van Van der Wiel. De 24-jarige Zwolse combineert haar schaatscarrière met een baan van 40 uur als secretaresse bij Dommerholt Advocaten in haar woonplaats. Als beste resultaat heeft zij de 13e plek in de Alternatieve Elfstedentocht van 2004 staan.
Esther Hilberink zal dit seizoen binnen haar ploeg een vrije rol bekleden, maar ze wil ook haar ploeggenotes helpen waar dat nodig mocht zijn.
Naast schaatsen is schrijven haar grote hobby en haar toekomstdroom is dan ook het schrijven van een roman. Dit seizoen combineert ze haar twee grote hobby’s in het schrijven van een tweewekelijkse column voor Schaatspeloton.nl.

Mail met deze Columnist

Wilt u ook uw mening kwijt? Dat kan op onze Debatplaats ! Vorige Column: 20 januari 2006
(4 februari 2006) Eerst Volgende Column: 17 februari 2006<