Terugblik

Met een blik op de tv waar de finale van het kunstrijden (lange kür) bezig is, en wederom een vrij weekend in het vooruitzicht, leek het me aardig vast terug te blikken op het marathonseizoen 2005-2006. Het onderwerp vooruitkijken is immers reeds behandeld, waarvoor ik u graag verwijs naar de column van Lammert Huitema van afgelopen week.

Enige tijd geleden, om precies te zijn op 13 oktober 2005, werd het seizoen gestart met de openingswedstrijd in Alkmaar. Bij de dames was het een slagveld. Groepen her en der, afvallers, achterblijvers, kopgroepen. Een groep die een ronde voorsprong neemt en een groep dat nóg een keer rondgaat. Ongekend! Als hiermee de toon is gezet voor de rest van het seizoen… We maken onze borst nat. Bij de mannen is het niet veel anders. Lang niet iedereen weet te finishen en een aantal mannen pakken een rondje. Elma de Vries gaat er met de overwinning vandoor. De eerste van de reeks van DSB. De zege bij de mannen gaat naar Miel Rozendaal. Ook Time Out is in vorm.
Slechts twee dagen daarna wordt gaat het peloton van start in de reeks wedstrijden om de Essent Cup. Jolanda Langeland en Jan Maarten Heideman gaan er met de zeges vandoor. Geen DSB. Geen Time Out.

Zonder alle uitslagen te noemen van de volgende wedstrijden voor de Cup, beland ik ineens bij de Essent Driedaagse. Een nieuw evenement waar iedereen de vraagtekens bij heeft. Wat is het? Waarom zoveel korte wedstrijden? Zijn het minimarathons, afvalraces, puntenkoersen? Niets is duidelijk, maar dat hoeft ook niet. Het zijn ‘gewoon’ zeven minimarathons over drie dagen.
Dat ik daardoor geen idee had dat ik weekend had, vond ik helemaal niet erg. Zeven wedstrijden ook niet, zeven keer in- en uitfietsen ook niet. Ik vond het eigenlijk gewoon heel leuk. Het was gezellig en anders en raar en vol show, met gezellige muziek en enthousiast publiek. Helaas werd de laatste dag overschaduwd door een ernstige valpartij bij de heren. Iedereen baalde een beetje, was moe. De dag duurde te lang, één wedstrijd teveel. Jan Maarten Heideman en Foske Tamar van de Wal, dé revelatie van het seizoen, wonnen het evenement.

Daniëlle Bekkering reed intussen in het haar favoriete oranje pak de wedstrijden voor de Cup. Bij de mannen was het oranje voor Cedric Michaud. Slechts éénmaal eerder had hij de Cup gewonnen.
Half december 2005 stond de inmiddels vertrouwde Greenery Zes- en Vierdaagse op het programma. Grappend suggereerden we dat we voor geen goud in het spruitjespak wilden rijden, want het kleed écht slecht af, het schijnt door en het is verder gewoon enorm lelijk. Maar o, wat een afgunst. Elma de Vries en Cedric Michaud waren er echter maar wat blij mee. Er ontstond discussie over de extra punten die waren te verdienen met een ronde voorsprong. Het enige wat daardoor ontstond waren gesloten wedstrijden nadat de eerste ronden waren gepakt. Saai, werd geconstateerd.
Drie dagen later de laatste Cupwedstrijd voor de winterstop. Er waren inmiddels 21 wedstrijden verreden.
Winterstop! In een schaatsseizoen. Ook dat is een veelbesproken onderwerp, waar ook maar weinig mensen, behalve de gelukkigen die in die periode in zonnige oorden verbleven, tevreden over waren. Het was de publiciteit (lees: tv) dat ons aan de kant hield. Naast het OKT was geen ruimte voor ons. En dus 3 weken wachten tot de eerstvolgende wedstrijd: het NK.
U heeft in mijn column in de week voor het NK kunnen lezen wat de historie daarvan is. Nieuw in de geschiedenisboeken zijn de namen van Foske Tamar van der Wal (ze komt, ziet en overwint) en Arjan Smit (naast skeelerkoning nu ook op jacht naar de koningszetel op het ijs). De veteranen mochten zich ook nog een keer laten zien in het landelijke circuit, waarbij Arjan Bakker met de titel naar huis ging. In de B Divisie ging de overwinning naar Herjan van den Heuvel.

Een groot deel van het peloton vertrok vervolgens naar Zweden. Dit leverde voor de rest wederom een vrij weekend op; niet iedereen is in staat naar het buitenland af te reizen, aangezien een groot gedeelte van alle rijders geen prof is en niet over de vrije dagen en/of het geld beschikt. Ik ook niet, tenzij ik genoegen zou nemen met één week zomervakantie, wat ik uiteraard niet kan opbrengen.
Tussen Zweden en Oostenrijk zat slechts één weekend waarin we nodig tijd moesten inhalen. De organisatie had derhalve twee wedstrijden gepland. Ook dit leverde de nodige discussie op. De meeste rijders en rijdsters dienden immers diezelfde week nog 2 belangrijke en omvangrijke wedstrijden te verrijden op het natuurijs van de Weissensee.
Het wedstrijdschema van de Weissensee was een discussie op zich, waar ik niet verder op in ga. Onze ploeg had echter wel voor twee weken geboekt, waardoor wij twee weken moesten en/of konden blijven. Met liefde, uiteraard. Wie wil dat niet. Bovendien is het eveneens onze vakantie.
We waren nog niet terug of we werden bruut in het wedstrijdritme op kunstijs gedrukt met drie wedstrijden in één week. De leiding in de Cup-klassementen was nog altijd in handen van Daniëlle Bekkering en Cedric Michaud.
En vervolgens moeten we wéér een weekend wachten tot we de finale mogen rijden. De laatste wedstrijd van het seizoen. Na de winterstop zijn er slechts 5 wedstrijden voor Cup verreden, tegen 21 vóór de winterstop.
Daniëlle Bekkering staat in het klassement ruim 70 punten voor op de nummer twee, haar ploeggenote Elma de Vries. Zij kan de wedstrijd dus achteruit vervolgen. Bij de mannen is het zeker niet minder beslist; Michaud heeft de Cup, met bijna 80 punten voor op Jan Maarten Heideman, reeds enige tijd binnen. Michaud kan dus ook achteruit rijden. Of niet starten. Maakt allemaal niets uit; ze hebben de prijs al verdiend. En terecht, want met zo’n puntenvoorsprong, met vijf zeges voor Daniëlle en drie voor Cedric zijn ze simpelweg de beste.

De finale is dus een totaal open wedstrijd. De Cup kan niemand meer uit handen worden genomen. Een wedstrijd voor aanvallers, mannen en vrouwen die graag voor de eer willen vechten. Lijkt me een mooie afsluiting van het seizoen!




Esther Hilberink

Esther Hilberink is landelijk marathonschaatsster bij de formatie van Van der Wiel. De 24-jarige Zwolse combineert haar schaatscarrière met een baan van 40 uur als secretaresse bij Dommerholt Advocaten in haar woonplaats. Als beste resultaat heeft zij de 13e plek in de Alternatieve Elfstedentocht van 2004 staan.
Esther Hilberink zal dit seizoen binnen haar ploeg een vrije rol bekleden, maar ze wil ook haar ploeggenotes helpen waar dat nodig mocht zijn.
Naast schaatsen is schrijven haar grote hobby en haar toekomstdroom is dan ook het schrijven van een roman. Dit seizoen combineert ze haar twee grote hobby’s in het schrijven van een tweewekelijkse column voor Schaatspeloton.nl.

Mail met deze Columnist

Wilt u ook uw mening kwijt? Dat kan op onze Debatplaats ! Vorige Column: 4 februari 2006
(17 februari 2006) Eerst Volgende Column: 3 maart 2006